Tijdens het jaarlijkse straatfeest praat ik bij met Noa, de jonge proeflezer uit blog 2. Ze vertelt enthousiast over haar studie Verpleegkunde en vraagt op een gegeven moment wanneer mijn boek uitkomt.
“Dit voorjaar, hoop ik. Het zou een heerlijk vakantieboek zijn! Maar ik ben ook al begonnen met boek 2.”
“Je zou in je volgende boek toch ook wat meer jonge mensen laten meespelen?” vraagt ze verwachtingsvol.
“Ja, er komen wat twintigers in voor. Maar die moeten waarschijnlijk allemaal dood.”
Genietend van worstjes en hamburgers van de BBQ babbelen we over moord en de beste manier om iemand om te brengen. Ik zal je zeggen: Noa verraste mij met een werkelijk briljante moordtechniek! Die ga ik absoluut gebruiken in één van de volgende boeken.
In de dagen daarna peins ik verder over het vervolg op De Sleuteldrager. Want mijn personages zijn nog niet klaar, er is iets niet afgerond in dat boek. Ik voel een serie aankomen. Veel tijd kan ik er niet aan besteden, want ik moet mijn koffers inpakken voor de vakantie naar Engeland.
Dit jaar gaat de reis naar Yorkshire met Marcel, mijn maatje, mijn beste vriend. Hij weet inmiddels dat als hij mee mag, de ruimte die ik voor hem overlaat in mijn (grote) auto beperkt is. Ik neem de complete achterbak in beslag met mijn zeven koffers en kratjes, dus hij heeft een halve achterbank voor zijn bagage. De andere helft van die achterbank moet vrij blijven voor alles wat ik in Engeland koop en mee terug wil nemen. Je zou denken dat hij protesteert, maar zijn tactiek is om de grootste koffer die je kunt bedenken op de achterbank te hijsen en er nog tien tassen op te leggen. En mij vervolgens met –heel knap– één opgetrokken wenkbrauw stoïcijns aan te kijken.
Het was op de boot naar Engeland, dat inspiratie mij raakte als een dubbele Baileys op een nuchtere maag. Ik moest opeens denken aan toen we hoorden dat de Engelsen voor die belachelijke Brexit hadden gestemd. Het leidde tot één van de leukste scenes in wat boek 2 gaat worden: een herinnering van hoofdpersoon Robyn Ashton aan de avond dat ze haar toekomstige man John ontmoette. Hier de verkorte versie:
“Je noemt het Engeland, maar ook het Verenigd Koninkrijk?” had ze hem gevraagd.
“Het is beide, maar het Verenigd Koninkrijk omvat ook Wales, Schotland en Noord-Ierland.”
“Dus het is bij elkaar één land en geen vier zelfstandige landen?”
“Ja, dat klopt. Nou ja, behalve bij voetbal dan. Dan spelen we als aparte landen.”
“Dus in sport spelen jullie allemaal apart?”
“Ja. Nou ja, meestal dan. Niet altijd.”
“Want?”
“Nou, bij de Olympische Spelen zitten we bij elkaar in Team GB.”
“GB?”
“Groot-Brittannië.”
“Hoor mij zuchten. Waarom noemen jullie jezelf dan Groot-Brittannië en niet het Verenigd Koninkrijk?”
“Ach, het is officieel het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland.”
“Dus Noord Ierland valt buiten Groot-Brittannië maar in het Verenigd Koninkrijk?”
“Ja en nee. Groot-Brittannië is de naam die we aan dit eiland hebben gegeven, dus de combinatie van Engeland, Schotland en Wales.”
“Dus de Ieren zijn officieel geen Britten?”
“Natuurlijk wel. We behoren allemaal tot de Britse Eilanden. Inclusief Ierland.”
“Natuurlijk. Nog meer varianten?”
“We zitten ook in de Gemenebest; we hadden voorheen heel wat kolonies onder ons. Maar die landen zijn nu allemaal zelfstandig.”
“Oké, dus de Gemenebest bestaat niet meer?”
“Nou, we hebben de Gemenebest Spelen en daar heten we het Verenigd Koninkrijk. Maar daar spelen we wel onder onze eigen landen naam. Tenzij het rugby is.”
Als ik later een beroemde schrijver ben, ga ik in Engeland wonen. Je moet van ze houden.
Volgende week: Wie mag er mee in boek 2?
4 reacties
Even dat je het weet, ik heb dit jaar een nieuwe, nog grotere koffer. Verder verheug ik me er nu al op om deze zomer in Engeland de definitieve versie van je boek te lezen met jou naast me op de bank! Had je nog niet aan gedacht, he?
O dear, dat heb ik niet zien aankomen! Een grotere koffer en het dak moet open. Maar dat is minder spannend dan dat jij live mijn boek leest.
Wat heb je toch een soepele, prettige schrijfstijl. Kan (ik heb het al eerder gezegd) niet wachten op het boek….
Marijke, wat fijn om te horen! Dankjewel.